De snede/het scherp van een mes
Om een mes scherp te maken zodat het kan snijden zijn er verschillende manieren van slijpen ontwikkeld.
De meest belangrijke hiervan zijn:
- Scandi: Dit type is het meest simpele, het heeft één hoek die direct doorgaat tot het scherpste punt.
- Hollow: Hierbij word er met een bocht naar binnen geslepen, met een tweede slijphoek in de vorm van een V.
- High flat: Bovenaan het lemmet is het vlak, 2/3 van het lemmet is geslepen en loopt naar de punt toe, de punt heeft een convex of V slijphoek.
- Full flat: Het lemmet loopt van boven tot onder met een lichte hoek naar de punt toe, de punt heeft een convex of V slijphoek.
- Full convex: Full convex loopt van boven tot onder met een lichte bocht en heeft geen tweede slijphoek.
- Chisel: Het lemmet loopt recht tot aan de slijphoek, daar wordt één kant geslepen tot een scherpe hoek.
(zie voor benamingen en onderdelen van een mes: benamingen en onderdelen)